10 jan 2024
Subsidie voor brugfunctionaris biedt kansen én risico’s
Scholen hebben een brede verantwoordelijkheid voor kinderen. Die gaat verder dan het aanleren van rekenen, taal en geschiedenis. Ze dragen bij aan ontwikkelkansen voor kinderen en zorgen ervoor dat alle kinderen mee kunnen doen. Samenwerking tussen professionals is daarbij van wezenlijk belang, maar ook tijdrovend. Met een subsidieregeling (deadline voor aanvragen: 16 februari 2024) van het ministerie van OCW kunnen scholen vanaf schooljaar 2024-2025 een zogenaamde brugfunctie inzetten. Die kan de verbinding leggen tussen het gezin thuis, het kind op school en betrokken professionals en instanties, en zo bijdragen aan meer kansengelijkheid. Tegelijkertijd zien managing consultants Peter Hulsen en Liesbeth Sturing risico’s, bijvoorbeeld de tijdelijkheid van de regeling en het neerzetten van een extra professional in de toch al complexe zorgstructuur rondom een school.
Beperkte tijd voor kansengelijkheid
Bestaansonzekerheid, armoede, schulden, stress: problemen in de thuissituatie hebben invloed op de onderwijsprestaties van kinderen. Johan van Triest, bestuurder van de Aloysius scholengroep, vertelt in dit artikel dat financiële armoede vaak tot pedagogische armoede leidt. Kinderen die met een lege maag naar school gaan of geen veilige plek hebben om te slapen, komen vaak minder goed mee op school. Scholen zoeken naar tijd om deze leerlingen te ondersteunen, maar die tijd is er eigenlijk niet. Tegelijkertijd ervaart een deel van de ouders een taal- en kennisbarrière in het contact met de school én in het vinden van hun weg in publieke voorzieningen. Hierdoor is het voor hen lastig om hulp te vinden wanneer zij die nodig hebben. Een brugfunctionaris kan de verbindende schakel zijn tussen ouders, leerlingen en school. Het ministerie van OCW heeft een subsidieregeling voor het inschakelen van zo’n brugfunctionaris op 8 januari 2024 opengesteld.
Wat doet een brugfunctionaris?
Brugfunctionarissen hebben een niet-onderwijsgevende rol in en om de school en zijn er voor vragen die niet direct met het onderwijs te maken hebben. Ze staan naast de ouders en hebben oog voor de behoefte van het kind én het gezin. Een brugfunctionaris is geen zorgverlener, maar weet wel precies waar de juiste hulp en ondersteuning te vinden is. Hij kan bijvoorbeeld het contact tussen het gezin of kind en een voorziening of instantie begeleiden. De brugfunctionaris ontlast zo docenten en andere professionals op scholen. Bovendien is de inzet van specialistische jeugdhulp mogelijk te voorkomen als een brugfunctionaris bijtijds kan verwijzen naar een preventieve voorziening. De functie kan worden ingevuld door een bestaande of nieuwe medewerker, of door een team.
Niet voor de korte termijn
In onze visie is voor een succesvolle invulling van de brugfunctie vertrouwen bij de ouders, de leerlingen en de professionals in en rond de school van belang. Een vertrouwensband opbouwen vraagt tijd. Deze rol komt niet uit de verf als hij tijdelijk of ‘interim’ wordt vervuld. Vanuit alle betrokkenen is lef en toewijding nodig om in te zetten op langetermijnresultaten. Alleen door een duurzame invulling kan de brugfunctionaris een bijdrage leveren aan de ontwikkelkansen van kinderen.
Afstemming op de context van de school
Verder is het essentieel dat de brugfunctie aansluit bij de populatie van de school en bestaande uitdagingen. De invulling van deze rol komt nauw en de wisselwerking met andere functies in en rond de school en bestaande voorzieningen in de wijk is essentieel. Zo zijn er schoolmaatschappelijk werkers die al taken van een brugfunctionaris vervullen. Het is zonde en niet effectief om dit naast elkaar te laten bestaan. Zorgstructuren zijn namelijk vaak al complex genoeg. Ons advies is om waar mogelijk geen nieuwe mensen in te zetten, maar de taken van de brugfunctie zo veel mogelijk te beleggen bij bijvoorbeeld een schoolmaatschappelijk werker of een (medewerker van een) lokaal team.
Risico van de subsidie
In die complexe zorgstructuur schuilt ook een van de risico’s van de subsidieregeling. De brugfunctionaris komt in dienst van de school. Tegelijkertijd raken zijn taken gemeentelijk beleid en de gemeentelijke zorgstructuur. Denk bijvoorbeeld aan afstemming over wat er in een gezin speelt en de rol van het wijkteam. Om te voorkomen dat de zorgstructuur nog complexer wordt of dat verschillende personen met dezelfde taken in de school komen, is nauwe afstemming met alle partners op en rond school noodzakelijk. De subsidieregeling neemt financiële drempels voor de aanstelling van een brugfunctionaris weg, maar enkel zo’n aanstelling is niet voldoende. Inbedding in bestaande structuren en organisaties is belangrijk.
BMC denkt over de domeinen heen
BMC gelooft in een duurzame invulling van de brugfunctie die past bij de context van de school. Wij werken op alle domeinen die een brugfunctionaris raken. Zo komt de samenwerking tussen onderwijs en zorg in veel van onze opdrachten terug. Bijvoorbeeld in het programma Met Andere Ogen, dat werkt aan betere ontwikkelkansen voor kinderen door versterking van samenwerking tussen ouders, onderwijs, zorg en kinderopvang. Ook dragen we bij aan positieve samenwerking tussen scholen en ouders en zijn we actief in verschillende regionale samenwerkingen tussen de domeinen onderwijs en jeugd. Met oog voor positieve elementen uit de huidige samenwerking tussen wijkteams en onderwijs en de organisatie van laagdrempelige begeleiding van kinderen en gezinnen.
Meer weten?
Ook werken aan betere ontwikkelkansen voor kwetsbare kinderen? Wij denken graag mee over de invulling van de brugfunctie en de manier waarop die een plek kan krijgen in een bestaande organisatie. Neem voor meer informatie contact op met Liesbeth Sturing of Peter Hulsen.