20 jun 2023

Domeinoverstijgende samenwerking in het sociaal domein is een must

Het idee dat gemeenten domeinoverstijgend zouden moeten werken in het sociaal domein is imiddels wel geland, stelt Raymond Goelabdien, partner bij BMC, waar hij zich bezig houdt met Organisatieontwikkeling en Samenwerking in het sociaal domein. Die samenwerking ook in de praktijk brengen, blijkt veel lastiger, weet hij. In dit artikel laat Goelabdien zijn licht schijnen over heldere rollen en elkaar leren kennen. 

Gemeenten en maatschappelijke organisaties hebben te maken met complexe maatschappelijke ontwikkelingen, stijgende uitgaven en veranderende behoeften van bestuur, maatschappelijke partners en inwoners. Deze opgaven vragen om een passende aanpak vanuit een duidelijke inhoudelijke visie, een passende uitvoeringskracht en een efficiënte, domeinoverstijgende samenwerking tussen betrokken partijen. In- en extern.

Van theorie naar praktijk

Goelabdien signaleert dat veel gemeenten overtuigd zijn van de nut en noodzaak van domeinoverstijgend werken. In de praktijk zien ze echter nog veel beren op de weg. ‘De gemeentelijke opgaven zijn groot en multidimensionaal. Denk aan schuldenproblematiek, ondermijnende criminaliteit, of de overgang tussen jeugdzorg (voor 18-minners) en Wmo (voor 18-plussers) bijvoorbeeld. Dat zijn complexe cases waarbij veel afdelingen en externe partners betrokken zijn. Het idee dat samenwerking nodig is, wordt dan ook omarmd. Maar op de vraag: “Hoe dan?”, hebben ze vaak geen passend antwoord.’

Investeren in hard en zacht

Geslaagde samenwerking heeft voor Goelabdien een harde en een zachte kant. ‘Aan de harde kant van geslaagde domeinoverstijgende samenwerking staat de inrichting in systemen, processen en programma’s. Het gaat bijvoorbeeld mis omdat niet is nagedacht over de verhouding tussen een programma en de lijnorganisatie. Als verantwoordelijkheden niet helder zijn, dan botst het. Zeker als programma’s langer bestaan en “uitdijen”.’

De zachte kant is minstens zo belangrijk. ‘Die gaat over elkaars taal spreken en elkaars drijfveren kennen. Ik besteed hier veel aandacht aan als ik voor een gemeente aan de slag ga, bijvoorbeeld door gezamenlijke ontbijten te organiseren. Rollen en taken moeten helder zijn (harde kant) en mensen moeten elkaar (leren) kennen (zachte kant), in beide moet je investeren.’

Goelabdien geeft een voorbeeld. ‘Veiligheid betekent in het veiligheidsdomein iets anders dan in het sociaal domein, dat moet je eerst op tafel hebben. Ik maak ook mee dat collega’s van verschillende afdelingen, die eigenlijk zouden moeten samenwerken, elkaar niet eens kennen. Ook in relatief kleine organisaties komt dit voor.’

Externe druk

Het kan, geslaagd samenwerken, geeft Goelabdien aan. ‘Er zijn zeker voorbeelden waar de samenwerking goed verloopt, ook met externe partners. Vaak zijn dat fusiegemeenten, die sowieso hun organisatie moeten (her)inrichten en waar tijd en ruimte is voor nieuwe collega’s om elkaar te leren kennen. Dit soort “externe druk” blijkt een positieve invloed op samenwerking te hebben. Als die externe druk er niet is, hikken gemeenten er vaak tegenaan. Samenwerking komt in hun beleving bovenop hun dagelijkse taken en zorgt voor extra werkdruk. Op korte termijn is dat deels waar, maar op lange termijn levert samenwerking veel meer op: een betere gemeentelijke dienstverlening voor inwoners en een efficiëntere en effectievere organisatie, die goedkoper is. Vooral voor dat laatste argument blijken gemeenten gevoelig.’

Privacy en de Wams

Als obstakel voor geslaagde samenwerking wordt vaak privacy genoemd. Goelabdien ziet dat vooral als een excuus. ‘Het verschilt tussen gemeenten en organisaties hoe vaak dit argument wordt genoemd. Waar de preciezen het voor het zeggen hebben, kan minder dan op plekken waar de rekkelijken aan het roer staan. Gelukkig ziet de wetgever in dat (te) strikte privacywetgeving geen obstakel mag zijn voor domeinoverstijgende samenwerking. De Wet aanpak meervoudige problematiek in het sociaal domein (Wams) is bedoeld om domeinoverstijgende samenwerking makkelijker te maken. Die wet zou 1 januari 2024 in werking moeten treden en zou het leven makkelijker moeten maken voor gemeenten die opgave- of programmagericht willen werken.’

Externe partners

Hoe zit het met externe partners? Binnen het sociale domein wordt gewerkt met veel verschillende partners en inwoners, hoe werk je daarmee samen? ‘Als adviseur probeer ik maatschappelijke partners en inwoners altijd zo vroeg mogelijk te betrekken. Zij staan dagelijks met de voeten in de klei en zijn meestal beter in staat om te bepalen wat nodig is dan ambtenaren.’ 

Voor Goelabdien is verbetering in de samenwerking zeker mogelijk, maar veel gemeenten zijn op de goede weg. ‘Het besef dat maatschappelijke uitdagingen vragen om samenwerking is bij gemeenten, maatschappelijke partners en inwoners toegenomen. Op veel plekken wordt er al hard aan gewerkt. Met name bij gemeenten die oog hebben voor het belang van de sociale basis; die durven ook het gesprek aan te gaan met de kritische inwoner. Het gaat alleen niet vanzelf. BMC heeft veel ervaring met het onderwerp. We helpen gemeenten, partners en inwoners graag om domeinoverstijgende samenwerking in de praktijk te brengen.’

Meer informatie

BMC ondersteunt organisaties op weg naar doeltreffend en praktisch domeinoverstijgend werken, zowel inhoudelijk als procesmatig. Zodat zij proactief kunnen inspelen op de maatschappelijke opgaven van vandaag, bestuurlijke ambities en vragen van inwoners. Benieuwd wat we voor u kunnen betekenen? Neem dan contact op met Raymond Goelabdien voor een vrijblijvend gesprek.

Contact

Raymond Goelabdien partner organisatieontwikkeling 06 - 23 64 71 20
BLOG SOCIAAL-DOMEIN ORGANISEREN-IN-HET-SOCIAAL-DOMEIN

Gerelateerde artikelen