22 jul 2020
Kabinet erkent en ondersteunt sociaal ondernemerschap
Het kabinet heeft grote stappen gezet op het gebied van sociaal ondernemerschap. In haar kamerbrief van 10 juli 2020 geeft de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat aan hoe het kabinet koers kiest om sociaal ondernemers te versterken. Eén van de centrale bouwstenen onder dit nieuwe beleid is het onderzoek van BMC naar knelpunten die deze speciale groep ondernemers ervaren en mogelijke maatregelen hoe deze weg te nemen.
Meerdere invalshoeken voor sociaal ondernemerschap
De afgelopen jaren zijn er diverse onderzoeken naar sociaal ondernemerschap gedaan en heeft het kabinet in het regeerakkoord bepaald dat er specifieke aandacht moet zijn voor deze groep ondernemers. Het ministerie heeft daartoe twee opdrachten uitgezet.
KPMG heeft een formele definitie van het begrip ‘sociaal ondernemerschap’ gerealiseerd. Dit betreft ondernemingen die in eerste instantie streven naar maatschappelijke impact in brede zin, zoals energie, klimaat, circulariteit, zorg en onderwijs. KPMG onderzocht tevens de behoefte naar een aparte rechtsvorm voor dit type ondernemers. Het kabinet zet nu in op de introductie van de ‘maatschappelijke bv’, kortweg BVm.
Aan BMC is de vraag gesteld om nader onderzoek te doen naar knelpunten die dit type ondernemers tegenkomen bij de (uit)bouw van hun onderneming en voorstellen te doen op welke wijze sociaal ondernemerschap beter gefaciliteerd en gestimuleerd kan worden.
BMC bracht knelpunten in kaart
Ons onderzoek toont aan dat er knelpunten zijn met betrekking tot het meten van de maatschappelijke impact van deze ondernemingen, de wijze waarop deze ondernemingen tegen wet- en regelgeving aanlopen, de financiering van deze ondernemingen en hun opleidingsbehoefte. Ook is aandacht nodig voor de conceptuele verwarring over wat sociaal ondernemerschap nou eigenlijk is; iedereen hanteert verschillende begrippen en heeft andere definities. Die lijken wel op elkaar, maar door de bomen is nu soms het bos niet meer te zien. Zo is het woord sociaal ondernemerschap zelf al misleidend: ze is afgeleid van het Engelse woord ‘social’, wat ‘maatschappelijk’ betekent. Het zou dus beter zijn over maatschappelijk ondernemerschap te spreken.
Driesporenbeleid voor versterking maatschappelijk ondernemerschap
Uit ons onderzoek komt naar voren dat een aanpak op basis van een drietal samenhangende sporen, met onderliggende maatregelen mogelijk de beste wijze is deze knelpunten weg te nemen.
Spoor 1 - Impact meten - Versterk de beweging die ervoor zorgt dat alle stakeholders een zelfde manier hanteren om naar maatschappelijke rendement te kijken. Het Impactpad[1] leent zich daar goed voor. Dit instrument zou verder uitgebouwd kunnen worden als een eenduidig instrument dat stakeholders helpt om, vanuit dezelfde taal, op alle maatschappelijke domeinen, impact te bepalen.
Spoor 2 - Versterk samenwerking in de regio. Er zijn nu vele partijen actief met maatschappelijke opgaven, sociaal ondernemerschap en maatschappelijk rendement. De samenwerking tussen deze partijen zou versterkt kunnen worden en doorgroeien tot een volwaardig, zelfstandig functionerend, gedistribueerd ecosysteem gericht op het beantwoorden van die maatschappelijke opgave. Een dergelijk netwerk functioneert op regionale schaal; dat is waar veel van de opgaven zich afspelen en waar de partners verblijven. Door samenwerking ontstaat een eenduidigheid in aanpak, definities en werkvormen. Hierdoor kan iedereen - en dus ook de sociaal ondernemer - zijn rol beter speler. Daardoor kunnen effectiever de door iedereen gewenste maatschappelijke resultaten behaald worden.
Spoor 3 - Maak bestaande financieringsinstrumenten toegankelijk voor sociaal ondernemers. Financiering is voor alle ondernemers een uitdaging. Bij sociale ondernemingen is die uitdaging echter groter, omdat zij naast continuïteit (wat normaliter de uitdaging van ondernemingen is) in eerste instantie vooral maatschappelijke rendement willen maken én dat ook moeten kunnen aantonen. Deze additionele complexiteit maakt sociaal ondernemers duurder, voor een gemiddelde financier ingewikkelder te doorgronden en dus ingewikkelder te financieren.
Afbeelding: De samenhang tussen de geconstateerde knelpunten, hun oorzaken en de maatregelen en sporen. (klik om te vergroten)
Dit artikel betreft een samenvatting. In het rapport ‘Versterken sociaal ondernemerschap’ zijn de bevindingen terug te vinden van ons uitvoerige onderzoek naar de knelpunten en voorgestelde maatregelen op dit gebied.
Download rapport 'Versterken ondernemerschap'
Vervolgstappen van het Rijk
Het Rijk neemt de aanbevelingen van BMC over om via marktverkenning het meetinstrument Impactpad zowel inhoudelijk als technisch door te ontwikkelen. Daarnaast zal vanuit het Rijk de dienstverlening worden verbeterd in de begeleiding van maatschappelijke ondernemers (o.a. wet-/regelgeving, financiering, ontwikkeling vaardigheden). Als laatste zal een werkgroep ‘maatschappelijk ondernemerschap’ worden ingesteld om kennisdeling en netwerkvorming tussen overheden te versterken op het gebied van maatschappelijk ondernemerschap. Doel van deze werkgroep is om maatschappelijk ondernemerschap te stimuleren, te faciliteren en het ecosysteem rondom maatschappelijke ondernemingen te versterken. Opvallend is dat de staatssecretaris in de kabinetsbrief meteen het goede voorbeeld neemt en het niet meer over sociaal ondernemerschap heeft, maar de term maatschappelijk ondernemerschap gebruikt.
Landelijke strategie op lokaal niveau al toepasbaar voor gemeenten
Maatschappelijk ondernemers werken vooral voor op lokaal/regionaal niveau samen met lokale partners aan lokale maatschappelijke uitdagingen. Het Rijk heeft nu een landelijke strategie uitgezet en geeft een duidelijk signaal af dat ze samenwerking op regionaal niveau wil bevorderen. Daar lijkt een taak voor de gemeente te liggen.
Voetnoot
[1] Het Impactpad is een bestaande tool, ontwikkeld in opdracht van een drietal ministeries. Dit instrument biedt een goede aanpak om tot het bepalen van impact te komen, waarbij in de huidige versie een uitwerking wordt gegeven op vier domeinen.